Spelen met scenario's
*Volgens de laagste schatting van het recente rapport van het VN klimaat-panel IPCC, staat de zeespiegel in 2100 rond de veertig centimeter hoger dan vandaag, maar als we Al Gore moeten geloven, zou dat op wat langere termijn ook best eens vijf meter kunnen zijn. Een enorme marge die het verschil betekent tussen
aanpakken van de ‘zwakke schakels’ in de kustverdediging (staand beleid) of het ontruimen van West-Nederland.*
Tien centimeter water in je woonkamer is geen ramp. Geen geld meer kunnen pinnen wel.
Zelfs als het zou het lukken de uitstoot van broeikasgassen drastisch te verminderen, moeten we ons aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering. Wat die gevolgen zijn, is hoogst onzeker. Jeroen van der Sluijs, onderzoeker bij het Copernicus Instituut van de Universiteit Utrecht: ‘We hebben wel een vermoeden,
zoals hogere piekafvoer van rivieren en verandering van neerslagpatronen, maar we weten niet hoe snel dat gaat en in welke mate. Daarnaast bestaat de mogelijkheid van abrupte veranderingen zoals het stoppen van de warme golfstroom, waardoor het hier niet warmer maar mogelijk zelfs kouder zou worden.’
#8216;Normaal klimaat’
Er zijn twee manieren voor het omgaan met dergelijke onzekerheden. De eerste is dat je probeert de voorspellingen nauwkeuriger te maken en de risico’s van mogelijke effecten te kwantificeren. Zo’n benadering wordt gebruikt bij het terugdringen van de risico’s van gevaarlijke stoffen. De vraag is of klimaatverandering zich leent voor die benadering. Hans Oerlemans, hoogleraar Meteorologie aan de Universiteit Utrecht, stelt dat voorspellingen over klimaat berucht zijn vanwege hun onzekerheid (in ‘Zeker Weten’, een uitgave van het Rathenau Instituut). Dat heeft te maken met het feit dat we niet weten wat een ‘normaal’ klimaat is en of dat eigenlijk wel bestaat. Bovendien is de atmosfeer een complex systeem, waarbij kleine veranderingen grote effecten kunnen hebben. Vanwege de onzekerheden over de omvang van de effecten en de snelheid waarmee ze zich voordoen, gaat Van der Sluijs’ voorkeur uit naar de tweede benadering: het vergroten van de veerkracht van de samenleving. Oftewel: een samenleving die verstoringen kan opvangen. Of het de komende vijftig jaar kouder of warmer, natter of droger wordt, maakt dan niet uit. Alles blijft functioneren en mocht er wat uitvallen dan is de schade snel hersteld of zijn er alternatieven om op terug te vallen. Peter Glas, watergraaf van het Waterschap De Dommel, vertaalt veerkracht als het verminderen van kwetsbaarheid. Afgelopen zomer zag hij in Engeland de gevolgen van de overstromingen. ‘Dat het water in de huizen stond was erg, maar nog geen ramp’, zegt hij. ‘Erger was dat mensen zonder drinkwater zaten en dat de elektriciteit dreigde uit te vallen. En dat ze geen geld meer konden pinnen omdat de telefoon niet meer werkte. Dan zie je pas hoe snel onze moderne samenleving ontwricht kan raken.’
Lees verder in Change Magazine nummer 4 - pagina 48