Stevelduct: vrachtvervoer zonder CO2-uitstoot
Soms zijn oplossingen voor moderne problemen te vinden in het verre verleden. Het concept voor het Stevelduct is daar een voorbeeld van. Initiatiefnemer Aad van den Ende maakte gebruik van eeuwenoude technieken die voldoen aan huidige milieu-eisen én bijdragen aan de nodige economische groei.
Door Maartje Smeets
Het idee voor het Stevelduct ontstond bijna terloops. Aad van den Ende, zelfstandig adviseur op gebied van logistiek en management, heeft een achtergrond in metaal, staalconstructies en apparatenbouw. "Het Stevelduct is het resultaat van een drie minuten durende denksessie. Het idee is geïnspireerd op een samenvoeging van twee in onbruik geraakte technieken, te weten de techniek van het aquaduct en de techniek van het stevelen."
Nul budget en een gek idee
Het emissieloze transportconcept van Van den Ende komt er in het kort op neer dat vrachtcontainers, geplaatst in onbemande en ongemotoriseerde pontons, worden vervoerd in een aquaduct.
Dit nauwsluitende kanaal kan zowel boven als ondergronds worden aangelegd. De kracht van de waterstroom in het kanaal stuwt de pontons voort, vergelijkbaar met de eeuwenoude techniek die 'stevelen' wordt genoemd. De waterstroom ontstaat door het kunstmatig verval als gevolg van de aangebrachte bouwhoogteverschillen.
Van den Ende: "Ik stuurde het concept als 'grap' in om mee te dingen naar de Zuid- Hollandprijs 2010. Uit balorige nieuws-gierigheid met de gedachte eens te zien hoe ver je kunt komen met nul budget en een gek idee. Benieuwd naar wie je zoal komt te spreken, hoe het draagvlak zich ontwikkelt en bovenal of het concept ook werkelijk zou kunnen werken en er geen gaten in te schieten zijn. Ik kan wel zeggen dat het idee met veel sympathie is omarmd."
Weg emissies, minder files
Vrachtvervoer is behalve broodnodig in onze huidige economie, helaas ook verantwoordelijk voor een aanzienlijk deel van de CO2-uitstoot. De vele vrachtwagens op de weg verhogen bovendien de verkeersdruk, schade aan de wegen en de combinatie met voetgangers en fietsers zorgt voor gevaarlijke situaties. Van den Ende: "Als er geen alternatieven worden ontwikkeld, zal dat nog heel lang zo blijven. Ook moet er een oplossing komen voor het dilemma dat economische groei moeilijk samen gaat met het behalen van milieudoelstellingen. Door de wereldwijde standaardisatie is container-transport het type van transport dat zich uitstekend leent voor een nieuw alternatief zoals het Stevelduct." Volgens Van den Ende zijn er momenteel nergens voorbeelden te vinden die vergelijkbaar zijn met het Stevelduct. "Het Stevelduct is een betrekkelijk eenvoudig volcontinue containertransportsysteem zonder de beperkingen en de emissies waarvan de huidige transporttypen maar moeilijk los kunnen komen. Zaken als personeelstekorten, rij-en rusttijdenwetgeving en files zijn simpelweg niet van toepassing."
Echt groen transport
Het onoplosbare nadeel bij binnenvaartschepen en vrachtwagens is volgens Van den Ende dat het gebruik van groene energie praktisch onhaalbaar is omdat het nooit om stationaire energieafname gaat. Van den Ende: "Zolang het vrachtvervoer geen gebruik maakt van duurzaam opgewekte energie, blijft het op onwenselijke schaal CO2 produceren. De binnenvaart blijft bij een toename van het aantal transportbewegingen, ongeacht de soort brandstof, navenant CO2 emitteren. En omdat meestal stroomopwaarts de volle vracht wordt verscheept is het verbruik altijd groot. Het Stevelduct werkt altijd stroomafwaarts met volle vracht."
Alleen in de overslagstations wordt energie aan het stevelsysteem toegevoegd. In tegenstelling tot railtransport kent het Stevelduct geen gevoelige en geavanceerde (en daardoor relatief dure) technieken. En in tegenstelling tot de binnenvaart kan het door de stationaire energieopname volop gebruik maken van duurzaam opgewekte energie. Van den Ende: "Voor de binnenvaart is dat lastig. Je kunt nu eenmaal een schip niet aan een stopcontact leggen. Daardoor kan het schip ook niet worden gevoed met duurzaam opgewekte energie. Ook op gebied van veiligheid wint het Stevelduct overtuigend van andere modaliteiten. Zinken, neerstorten, botsen, uit de bocht vliegen of persoonlijke ongelukken zijn immers uitgesloten."
Noch het aquaduct waarin de pontons bewegen, noch de objecten die worden voortgestuwd, brengen geluid voort. De overslagstations bevinden zich in industrieel gebied, dus het geproduceerde geluid van overslagkranen en pompenstations valt binnen de betreffende contouren. Er is geen uitstoot van fijnstof en (uitlaat)gassen en er zijn geen afvalstromen. Eventuele lekkages van containerinhoud blijven binnen het vaartuig. Er lekt niets door naar bodem of oppervlaktewater. Van den Ende: "Het kanaal kan dus zonder veel problemen zelfs door bewoond gebied worden aangelegd. Bovengronds aangelegde gedeeltes staan echter wel in het zicht en ze nemen ruimte in beslag. Afhankelijk van de afstand tot de overslagstations kan het voorkomen een deel van een Stevelduct meer dan tien meter hoog is."
Daar waar de overslagstations komen te liggen, is het handig dat het systeem aansluit op andere modaliteiten zoals spoor- of snelweg. Dit komt de distributiefunctie ten goede. Een gedachte is om terminals op het vasteland te maken waardoor industriezones niet meer per se aan vaarwater hoeven te liggen.
Een mogelijke plek in Nederland voor een eerste Stevelduct is de agglomoratie Rotterdam. Een kansrijke eerste lijn zou zijn van de Nieuwe Maasvlakte naar Kijfhoek. Dan wordt de A15 ontlast en de containers zijn dan al ruim buiten de agglomeratie om te worden gedistribueerd.
Betuwelijn
Een Stevelduct valt in de categorie grote infrastructurele werken vergelijkbaar met de HSL, de Noord-Zuidlijn of de Betuwelijn. Uitvoering zou miljardeninversteringen vergen. Daar staat tegenover dat per etmaal 2.880 x 2 (vice versa) containers op transport kunnen. Bij een kostprijs van 100 euro per container kan dagelijks een omzet van ruim een half miljoen euro worden gedraaid. De kosten van de grote investeringen zouden daarnaast bijvoorbeeld door een tolsysteem kunnen worden terugverdiend. Zo is het beheer of de bouw van Franse tolwegen bekostigd door het bedrijfsleven. In ruil daarvoor ontstaat dan het recht (bijvoorbeeld pacht) om de tol te heffen. Zo zou de investering volgens Van den Ende druppelsgewijs terugkomen bij de investeerders.
Grote bouwwerken zijn over het algemeen weinig milieuvriendelijk. Van den Ende is zich hiervan bewust en heeft daarom onderzoeksvragen uitgezet die bekijken hoe bij ontwerp en bouw C2C gebouwd kan worden. Het is moeilijk in te schatten hoe het Stevelduct zal passen in het landschap, denkt Van den Ende. "Daar moet in een studie nadrukkelijk aandacht aan worden geschonken. Een ware uitdaging voor met name architecten. Het Stevelduct is een nieuwe vorm van goederenvervoer dat de bestaande infrastructuur aanzienlijk ontlast en dat emissies decimeert. Een duurzaam vervoerssysteem dat door zijn eenvoud millennia lang dienst kan doen."
Capaciteit
Het Stevelduct is een onbemand volcontinu systeem. Vanaf het overslagstation met 'Revolverlift' wordt elke 30 seconden een ponton in het Stevelduct 'gelanceerd'. Per etmaal zijn er dan 2.880 containers op transport in een gestage en bestendige stroom. Behoudens handelingen in volgende overslagstations ondervindt het transport onderweg geen enkel oponthoud. Elke dag kan er een hele scheepslading in het achterland worden afgeleverd en vice versa. Dat komt neer op ca. 200.000 ton handelswaar per dag. Op jaarbasis is dat 73 miljoen ton. Binnenvaartschepen kunnen tot wel 400 containers laden. Tegenover de 2,1 miljoen containers die per jaar via het Stevelduct worden vervoerd, zijn derhalve ruim 5.000 scheepsbewegingen nodig. Kijk voor meer details en werking van het Stevelduct op www.stevelduct.nl.
16 maart 2011
Dit artikel van Change Magazine is door onze eigen redactie vervaardigd. Het is vrij te gebruiken, gaarne met bronvermelding. U kunt zich ook gratis abonneren op Change Magazine. Het volgende nummer ontvangt u zonder kosten in de brievenbus.
Zoekwoorden: Aquaduct, duurzaam transport, innovatie, stevelen, binnenvaart