Is het nog erger?
Door Bert Metz
De laatste tijd verschijnen er nogal wat berichten in de pers met de strekking het is nog veel erger met klimaatverandering dan het IPCC ons vertelt. Twee punten worden daarvoor vaak aangehaald. Één: de snelle stijging van de broeikasgasuitstoot in de wereld, vooral door de economische groei in China en India. Twee: het tempo waarin de Groenlandse ijskap afsmelt en de zeespiegelstijging die dit tot gevolg heeft. Tijd voor een reactie.
- De snelle groei van broeikasgasuitstoot. Er wordt beweerd dat de uitstoot van broeikasgassen is toegenomen en dat deze in 2006 hoger was dan het allerhoogste scenario van het IPCC, zoals vermeld in het recent verschenen vierde assessment rapport. De bron daarvoor is respectabel: een artikel in de Proceedings of the National Academy of Sciences uit 2007. Bij kritische beschouwing blijkt echter dat er fouten zijn gemaakt in de analyse: als daarvoor wordt gecorrigeerd, dan ligt de uitstoot net onder het hoogste scenario. Bovendien is het gevaarlijk op grond van één jaar een algemene conclusie te trekken. Daarvoor zijn op zijn minst meerdere jaarcijfers nodig.
- Het tempo van afsmelten van de Groenlandse ijskap en de daardoor veroorzaakte zeespiegelstijging. IPCC wordt verweten daar veel te voorzichtig in te zijn met de vermelding dat bij een verdere temperatuurstijging van 1 tot 4 graden Celsius het duizenden jaren duurt voordat de ijskap op Groenland is gesmolten, met zon 7 meter zeespiegelstijging als gevolg. Door critici wordt een parallel getrokken met de snelle zeespiegelstijging na de voorlaatste ijstijd van zon 6 meter in een paar honderd jaar. Echter, IPCC geeft wel degelijk aan dat er een kans is dat het afsmelten veel sneller zou kunnen gaan, in een periode van enkele honderden jaren. Dat heeft te maken met een mogelijk ander mechanisme van smelten dan in de huidige modellen is opgenomen: versneld afschuiven van ijs aan de randen ten gevolge van smeltwater dat via scheuren onder het ijs terecht komt en daar als smeermiddel fungeert.
IPCC is wel heel voorzichtig in zijn uitspraken hierover omdat er slechts enkele wetenschappelijke publicaties over bestaan. Opnieuw, het is verstandig niet te snel conclusies te trekken op grond van een beperkt aantal studies.
Sommige beleidsmakers suggereren dat ze echt de allerlaatste cijfers nodig hebben om adequaat klimaatbeleid te kunnen voeren. In Bali stelde de Europese Unie zelfs een aanvullend rapport van het IPCC voor op korte termijn. Dat is echt onzin. Het beeld dat IPCC recent heeft gegeven van de risicos van klimaatverandering bij ongewijzigd beleid is zorgwekkend genoeg. We weten voldoende om snel aan de slag te gaan met ambitieuze maatregelen. Te zijner tijd bijsturen kan altijd nog.
Bert Metz, PhD, is Senior Onderzoeker bij het Milieu Natuur Planbureau en co-voorzitter van IPCC werkgroep III die zich bezig houdt met maatregelen tegen klimaatverandering (mitigatie).
Bert Metz tijdens de uitreiking van de Nobelprijs voor de Vrede aan het IPCC en Al Gore.
06 juli 2009