Sneller en beter
Door Mirjam de Rijk, Algemeen directeur Stichting Natuur en Milieu
Mij bekruipt steeds vaker het gevoel dat mensen in de verkeer- en vervoersector het idee hebben dat het steeds beter gaat met duurzame mobiliteit, en dat we op de goede weg zijn. We praten steeds meer over duurzaamheid en er zijn innovaties die heel wat minder vervuiling kunnen opleveren. Tegelijkertijd lees ik in de Milieubalans van het Planbureau voor de Leefomgeving dat alle seinen op rood staan. Vrijwel alle klimaatdoelen voor 2020 worden niet gehaald. De conclusie van het Planbureau is helder; een fundamentele herziening en intensivering van het klimaatbeleid is noodzakelijk. En dat gaat dus verder dan goede voornemens en gesprekken.
En daar zit nou net de crux. Innovatie moet sneller en beter. Ja, ik geloof in de kracht van innovatie en ik zie enorme kansen voor emissieloze mobiliteit. Ik zie ook een toekomst voor me van auto's die rijden op duurzaam opgewekte stroom. Maar die toekomst wordt alleen werkelijkheid met versnelde innovatie. Zolang wij niet bereid zijn te kiezen voor snellere en betere innovatie stevenen we rechtstreeks af op een klimaatcrisis. En daar is de economische crisis niets bij. Daarbij zijn de argumenten die nu gebruikt worden om verandering uit te stellen juist redenen om er voor te kiezen; onze concurrentiepositie, onze werkgelegenheid.
Innovatie gaat alle kanten op en maakt producten niet noodzakelijk duurzamer. Zo heeft decennia van auto-innovatie opgeleverd dat auto's vooral veel groter, zwaarder en nauwelijks zuiniger zijn geworden. Een treffend voorbeeld is dat een Volkswagen Kever uit 1948 net zo veel benzine gebruikt als zijn nazaat uit 2008. De zuinige auto is bezig met een opmars, maar het zijn nog steeds uitzonderingen binnen het gamma van de meeste producenten. De techniek is er allang, dus wat houdt ons nog tegen?
Het gaat vooral om de vraag hoever wij willen gaan om die duurzame innovaties af te dwingen. Naar mijn sterke overtuiging heeft de overheid hier de sleutel in handen. Het is heel simpel: beloon de koplopers en presenteer achterblijvers de rekening voor milieuvervuilend gedrag. Ik ben dan ook een groot voorstander van het Japanse Top Runner systeem, waarbij het zuinigste apparaat binnen vijf jaar de norm voor iedereen wordt. Dat systeem werkt daar al vanaf 1998 en wordt ook toegepast voor verkeer. Als we dat systeem hier consequent hadden toegepast, had iedere burger een heleboel brandstofkosten bespaard. In Europa hebben de achterblijvers binnen de autolobby het pleit gewonnen en gezorgd voor enorm slappe CO2-normen.
Zijn wij bereid om scherpe CO2-normen voor auto's af te spreken voor 2020 die alleen gehaald kunnen worden als er veel meer elektrische auto's op de markt komen? Zijn wij bereid om echt te investeren in duurzaam opgewekte energie ten koste van energie uit kolen en gas? Zijn wij bereid om milieuvervuilend gedrag zwaar te belasten? Verandering ontstaat niet vanzelf. Het gaat niet om de visie die je hebt, maar om wat je bereid bent daarvoor te doen (en laten). Alleen met praten gaan innovaties niet sneller en beter, de Milieubalans maakt zoveel wel duidelijk.
Deze column is eerder verschenen in Change Magazine, Duurzame Mobiliteit, jaargang 5, nummer 2
03 november 2009